[1] […] hij bond het paard vast aan de deurring van de tempel, alsof hij het afdroeg, maar de volgende nacht nam hij het stiekem mee. Degene die dat gedaan heeft, is door de meest onaangename dood gestorven, namelijk door honger. Want hoewel er veel lekkere dingen bij hem op tafel gezet werden, leek er steeds een vreselijke stank van het tarwebrood en het gerstebrood te komen en kreeg hij het niet voor elkaar om te eten. [2] En velen van ons hebben de hiërofant dit horen vertellen.[1] [3] Het lijkt mij dus gerechtvaardigd dat ik nu de dingen over hem in herinnering breng die toen gezegd zijn, en dat niet alleen zijn vrienden door hem en door zijn woorden te gronde gericht worden, maar hijzelf ook door een ander.
Voor u die over deze zaak een stemming houdt, is het onmogelijk om medelijden met Andokides te tonen of hem genade te verlenen, aangezien u weet dat deze twee godinnen[2] zich op niet mis te verstane wijze wreken op onrechtplegers. Ieder mens moet er dus van uitgaan dat voor hemzelf en voor een ander hetzelfde zal gelden. [4] Ik vraag u, als Andokides door u nu in deze rechtzaak zonder strafmaat vrijgesproken wordt, en hij mee komt doen aan de loting voor de negen archonten, en door het lot aangewezen wordt als basileus[3], zal hij dan niet voor u de offers brengen en de gebeden uitspreken voor het vaderland, nu eens in het Eleusinion hier en dan weer in het heiligdom van Eleusis? En zal hij dan niet het toezicht moeten houden bij het feest voor de mysteriën, zodat niemand een misdaad pleegt of de heilige plechtigheden schendt? [5] Wat denkt u dat de wijdelingen zullen denken die hier aankomen, wanneer zij zien wie de basileus is en wanneer zij zich alle heiligschennis herinneren die door hem begaan is, of de andere Grieken die voor het feest komen, omdat ze op die feestelijke bijeenkomst hun offer willen brengen, of omdat ze willen toekijken? [6] Andokides is immers niet onbekend, niet bij de mensen die van buiten komen en niet bij de mensen hier, door toedoen van zijn heiligschennis. Want het is nu eenmaal zo dat mensen die bijzonder slechte of goede daden verricht hebben, daarom bekend staan. En daarna heeft hij tijdens zijn verblijf in het buitenland vele steden lastig gevallen: Sicilië, Italië, de Pelopponesos, Thessalië, de Hellespont, Ionië, Cyprus. Bij veel koningen die hij ontmoette, heeft hij zich weten in te likken, behalve bij Dionysios van Syracuse. [7] Die had ofwel het meeste geluk van allemaal, of hij muntte onder hen het meeste uit in beoordelingsvermogen, want als enige van de koningen die Andokides ontmoett hebben, werd hij niet door een man van dat slag bedrogen, oftewel een man die de kunst verstaat om zijn vijanden geen kwaad te doen, maar zijn vrienden zoveel kwaad als hij maar kan. Dus bij Zeus, het is niet gemakkelijk voor u om aan de aandacht van de Grieken te ontsnappen, als u hem in strijd met het recht enige genade toont.
[8] U moet dus nu een besluit over hem nemen. Want u weet heel goed, mannen van Athene, dat het voor u niet mogelijk is om tegelijk met de wetten van de voorvaderen en met Andokides op goede voet te staan. Het is één van de twee: ofwel u moet de wetten schrappen, ofwel u moet zich bevrijden van deze man. [9] Tot zo’n mate van brutaliteit is hij gekomen, dat hij van de wet die voor hem geldt, zegt dat deze opgeheven is en dat het hem nu is toegestaan om de agora en de tempels te betreden […] en nu zelfs in het raadhuis van Athene! [10] Ze zeggen toch dat Perikles u over heiligschenners ooit heeft aangeraden om bij hen niet alleen de geschreven wetten toe te passen, maar ook de ongeschreven wetten waarmee de Eumolpiden[4] hun uitspraken doen, wetten waarvoor nog nooit iemand machtig genoeg geweest is om ze op te heffen of dapper genoeg om ze te weerspreken, en niemand weet wie ze heeft ingesteld. Perikles was immers van mening dat heiligschenners op die manier niet alleen bij de mensen, maar ook bij de goden hun straf zouden krijgen. [11] Andokides had zoveel minachting voor de goden en voor degenen wier taak het is om hen te wreken, dat hij, toen hij nog geen tien dagen in de stad woonde, een rechtzaak bij de basileus begon inzake heiligschennis, en Andokides werd ontvankelijk verklaard, hoewel ook hij gedaan had wat hij zei dat die ander met betrekking tot de goden gedaan had, en hij zei (nu moet u goed opletten) dat Archippos zijn eigen voorvaderlijke herme[5] had ontheiligd. Archippos bracht daar tegenin dat zijn herme gezond en wel was, en niets te verduren had gekregen van de dingen die de andere hermen hadden ondergaan. [12] Niettemin, om geen problemen te krijgen met een persoon van zijn slag, kocht hij zich vrij door geld te betalen. Welnu, als hij het juist vond om van een ander genoegdoening te krijgen wegens heiligschennis, dan lijkt het me rechtvaardig en respectvol jegens de goden dat anderen het van hem krijgen.
[13] Maar hij zal zeggen dat het te gek voor woorden is, als de aangever de hoogste straf moet ondergaan, maar degenen die aangegeven zijn het volle burgerschap bezitten en dezelfde rechten hebben als u. Hij zal dan niet in zijn eigen verdediging spreken, maar ook de anderen beschuldigen. Degenen die hebben bevolen om de anderen in genade aan te nemen, zijn absoluut onrechtplegers en schuldig aan dezelfde belediging van de goden, maar als u, in de volle vrijheid van uw besluitvormende macht, zelf mensen bent die de goden hun genoegdoening ontnemen, dan zijn die anderen daar niet schuldig aan. Wil dus niet de straf op uzelf wentelen, wanneer u vrijuit kunt gaan door de onrechtpleger te straffen. [14] Die anderen ontkennen bovendien dat ze de dingen gedaan hebben waarvan ze beschuldigd zijn, maar hij bekent dat hij ze gedaan heeft. En op de Areopaag, dat hoogst eerbiedwaardige en zeer rechtvaardige gerechtshof, sterft degene die bekent een misdadiger te zijn, maar als hij het betwist, dan wordt zijn zaak onderzocht, en velen blijken dan niets misdaan te hebben. U moet dus niet dezelfde mening hebben over mensen die ontkennen en mensen die bekennen. [15] Ik vind het te gek voor woorden: als iemand het lichaam van een man verwondt, diens hoofd of gezicht, handen of voeten, dan zal hij volgens de wetten van de Areopaag uit de stad van het slachtoffer verbannen worden, en als hij er terugkeert, dan zal hij aangeklaagd en ter dood gebracht worden, maar als iemand precies diezelfde misdaad pleegt op de beelden van de goden, dan zult u hem niet verhinderen om de tempels te betreden, en zult u hem niet straffen wanneer hij ze betreedt? Het is rechtvaardig en goed om zorg te dragen voor degenen door wie u goed en kwaad te dragen kunt krijgen. [16] Ze zeggen dat veel van de Grieken mensen vanwege hier verrichte heiligschennis ook weren uit de tempels bij hen. Maar u, de slachtoffers, vindt de wetten bij u minder belangrijk dan anderen uw wetten vinden. [17] En deze man is een veel grotere heiligschenner dan Diagoras van Melos. Want die schond met zijn woorden de heiligdommen en feesten van anderen, maar deze met zijn daden degene in zijn eigen stad. Mannen van Athene, het is meer nodig om boos te worden op burgers dan op vreemdelingen die deze heiligdommen schenden, want die tweede misdaad is als het ware een externe zaak, maar de eerste een binnenlandse aangelegenheid. [18] Laat het niet zo zijn dat u de misdadigers die u in handen heeft, vrijlaat, maar degenen die in ballingschap zijn, te pakken probeert te krijgen, waarbij u belooft een talent zilver uit te keren aan degene die hen gevangen zet of doodt. Anders zullen de Grieken denken dat u liever veel ophef wilt maken dan mensen daadwerkelijk straffen. [19] Ook heeft hij aan de Grieken laten zien dat hij geen geloof hecht aan de goden. Want hij is scheep gegaan en heeft de zee bevaren, niet als iemand vol angst voor wat hij gedaan had, maar als iemand vol zelfvertrouwen.[6] Maar de god heeft hem ertoe aangezet om terug te keren naar zijn zonden, zodat hij op mijn voorspraak zijn straf zou ondergaan. [20] Ja, ik hoop dat hij zijn straf zal ondergaan, en het zal me niets verbazen, want de god straft niet onmiddellijk, nee, dat doet het menselijke vonnis. Uit veel voorbeelden kan ik daarvoor bewijs vinden, wanneer ik zie dat ook andere heiligschenners in de loop der tijd hun straf ontvangen hebben, evenals hun nakomelingen, als gevolg van de zonden van hun voorvaders. In de tussentijd zendt de god veel angst en gevaar op de onrechtplegers af, zodat velen ernaar verlangen om nu al te sterven en van hun ellende bevrijd te zijn. En tenslotte, nadat hij hen zo heeft doen lijden, brengt de god hen ter dood.
[21] Kijk ook maar naar het leven van Andokides zelf, vanaf het moment dat hij zijn heiligschennis gepleegd heeft, of er een ander leven van dat soort bestaat. Want nadat Andokides zijn misdaad gepleegd had, werd hij voor het opleggen van een boete naar de rechtbank gehaald, maar zette hij zichzelf gevangen door een gevangenisstraf voor te stellen, als hij geen assistent zou kunnen overhandigen. [22] En hij wist heel goed dat hij die niet zou kunnen overhandigen, omdat die vanwege hem en zijn misdaden gestorven was, zodat die geen aangifte zou kunnen doen. Heeft een van de goden het verstand van deze man soms niet verloren doen gaan, zodat hij het makkelijker vond om met gevangenschap gestraft te worden dan met een boete, met gelijke kans van slagen? [23] Door die strafeis zat hij bijna een jaar gevangen, en tijdens zijn gevangenschap getuigde hij als informant tegen zijn familieleden en vrienden, omdat hem amnestie werd verleend, als zou blijken dat hij de waarheid had getuigd. Van wat voor persoonlijkheid gaf hij volgens u blijk, toen hij de meest extreme en schandelijke dingen deed door te getuigen tegen zijn eigen vrienden, terwijl zijn eigen redding allerminst zeker was? [24] Daarna, toen hij diegenen ter dood gebracht had van wie hij zelf zei dat hij hen het meest waardeerde, bleek hij de waarheid getuigd te hebben en werd hij vrijgelaten, en u voegde per stemming het besluit toe dat hij van de agora en de heiligdommen buitengesloten zou worden, zodat hij ook in het geval dat hij door zijn vijanden onrecht te verduren kreeg, hij geen genoegdoening zou kunnen halen.[7] [25] Nog nooit, zo lang als het altijd in de herinnering blijvende Athene bestaat, is iemand om een dergelijke reden zijn burgerrechten kwijtgeraakt. En terecht, want ook heeft nog nooit iemand dergelijke daden verricht. Moet men hiervoor de goden verantwoordelijk houden, of het toeval? [26] Daarna voer hij naar de koning van Kition, en toen hij die verraden had, werd hij door hem gearresteerd en gevangen gezet, en hij was niet alleen bang voor de dood, maar ook voor de dagelijke folteringen, in de verwachting dat zijn extremiteiten van hem afgesneden zouden worden terwijl hij nog leefde. [27] Hij vluchtte weg van dat gevaar en voer terug naar zijn eigen stad tijdens de regering van de Vierhonderd. Want de god had hem een zodanige vergeetachtigheid gegeven, dat hij ernaar verlangde om precies naar die mensen terug te keren die onrecht van hem geleden hadden. Toen hij aangekomen was, werd hij gevangen gezet en gemarteld. Hij werd echter niet gedood, maar vrijgelaten. [28] Vandaar voer hij naar Euagoras, die koning was over Cyprus, en na het plegen van een misdaad werd hij gevangen gezet. En nadat hij ook van hem was weggerend, was hij op de vlucht voor de goden hier, op de vlucht voor zijn eigen stad, op de vlucht naar de plaatsen die hij als eerste kon bereiken. Ja, wat is er aantrekkelijk aan zo’n leven, namelijk vaak ellende lijden en nooit een adempauze hebben? [29] Nadat hij van die plek naar hier was teruggevaren naar de democratie, naar zijn eigen stad, betaalde hij de prytanen geld om hem naar deze plek te brengen, maar u hebt hem de stad uitgedreven, voor de goden de wetten bevestigend die u had vastgesteld. [30] En er is geen enkele stad, democratie, oligarchie of tirannie, die deze man wil ontvangen, maar sinds het moment dat hij zijn misdaad pleegde, brengt hij de hele tijd zwervend door, voortdurend meer vertrouwen stellend in onbekenden dan in bekenden, door het onrecht dat hij begaan heeft jegens de mensen die hij kent. En nadat hij uiteindelijk hier in de stad is aangekomen, is hij tweemaal voor hetzelfde gerecht gedaagd. [31] En hij heeft zijn lichaam steeds in de boeien, en zijn bezit wordt minder als gevolg van zijn problemen. Maar wanneer iemand zijn eigen bestaansmiddelen verdeelt onder zijn vijanden en geldbeluste aanklagers, dat is het leven van een onleefbaar leven. God gaf hem dit alles niet om zijn redding te plannen, maar terwijl hij hem strafte voor de begane heiligschennnis. [32] En nu heeft hij zich ten slotte aan u uitgeleverd om met hem te doen wat u maar wilt, niet omdat hij gelooft dat hij niets fout gedaan heeft, maar omdat hij er door een goddelijke dwang toe gebracht wordt. En bij Zeus, of iemand nu oud of jong is, mensen moeten niet minder godsdienstig worden wanneer ze zien dat Andokides uit zijn gevaren gered wordt, terwijl ze weten dat hij godslasterlijke zaken heeft verricht, want ze moeten overwegen dat het leven van een half leven zonder kwellingen beter is dan een dubbel leven voor iemand die gekweld wordt, zoals hij.
[33] Hij is tot zulk een mate van onbeschaamdheid gekomen, dat hij zich er zelfs op voorbereidt om de politiek in te gaan en dat hij inmiddels in het openbaar spreekt en sommige van de archonten bekritiseert en afkeurt. En hij komt de raadszaal binnen en geeft advies over offers en processies en gebeden en waarzeggingen. Maar welke goden denkt u een plezier te doen door zijn advies op te volgen? Heren rechters, u moet niet denken dat als u de dingen wilt vergeten die door hem gedaan zijn, de goden het ook zullen vergeten! [34] Hij vindt dat hij het recht heeft om politiek te bedrijven zonder zich als een crimineel koest te houden, maar hij doet alsof hij zelf degene is die de mensen opgespoort heeft die de gemeenschap onrecht gedaan hebben. Hij maakt voorbereidingen om meer macht dan anderen te krijgen, alsof het niet door uw mildheid en gebrek aan tijd komt dat hij geen straf van u gekregen heeft. Maar nu zal het u niet verborgen blijven dat hij zich misdraagt, maar hij zal zowel ontmaskerd worden als zijn straf ontvangen.
[35] En ook het volgende argument zal hij met kracht volhouden. Het is immers noodzakelijk om u te vertellen wat hij in zijn verdediging zal zeggen, zodat u beide kanten gehoord hebt en beter een oordeel kunt vormen. Hij zegt namelijk een enorm goede daad verricht te hebben door de stad van informatie te voorzien en te bevrijden van de angst en onrust van dat moment. Maar wie was er verantwoordelijk voor die zeer kwalijke zaken? [36] Was hij dat niet zelf, door te doen wat hij gedaan heeft? Moeten wij hem vervolgens dankbaar zijn voor zijn goede daden, namelijk dat hij informatie verschaft heeft omdat u hem amnestie als beloning gaf, en bent u verantwoordelijk voor de onrust en de kwalijke gebeurtenissen, omdat u de misdadigers zocht? Dat dacht ik toch niet! Het is juist precies het tegenovergestelde daarvan: hij veroorzaakte onrust in de stad en u heeft de rust weer hersteld.
[37] En ik begrijp dat hij van plan is om in zijn verdediging te zeggen dat de verdragen ook voor hem gelden, zoals voor de andere Atheners. En door dit als schild te gebruiken, denkt hij dat velen van u, uit angst om verdragen te breken, hem zullen vrijspreken. [38] Maar bij Zeus, ik zal er over spreken dat geen enkel onderdeel van de verdragen op Andokides van toepassing is, niet van de verdragen die u met de Spartanen gesloten heeft en niet van de verdragen die de burgers in de Peiraieus hebben gesloten met de burgers in de stad. Want aan niemand van ons, al zijn we met velen, kleven dezelfde misdaden als aan Andokides, waardoor ook hij voordeel van ons zou kunnen hebben. [39] We waren niet vanwege hem met elkaar in conflict en we hebben ons niet pas verzoend nadat we ook hem deel lieten uitmaken van onze verdragen. De verdragen en de eden zijn immers niet tot stand gekomen voor één man, maar voor ons in de stad en in de Peiraieus, want het zou wel vreemd zijn als wij, die zelf in nood verkeerden, de belangen zouden behartigen van een in het buitenland verblijvende Andokides, zodat zijn misdaden zouden worden uitgewist. [40] De Spartanen hebben in onze verdragen met hen zijn belangen wellicht behartigd, omdat ze iets goeds aan hem te danken hebben, maar heeft u zijn belangen behartigd? In ruil voor welke goede daad? Dat hij voor u meermaals ter verdediging van de stad gevaar gelopen heeft? [41] Mannen van Athene, die verdediging van hem is niet waar, laat u niet bedriegen. Als Andokides op grond van zijn eigen misdaden straf krijgt, zou dat de afspaken niet breken, maar als iemand op grond van volksbrede rampspoed persoonlijk gestraft wordt. [42] Misschien zal hij nu als tegenzet Kephisios beschuldigen, en wat hij zegt zal hout snijden, want we moeten de waarheid spreken. Maar u kunt niet in één en dezelfde stemming de verdedigende partij en de aanklager bestraffen. Nee, nu is het de gelegenheid om over hem te besluiten wat rechtvaardig is, en er zal een andere gelegenheid komen voor Kephisios en voor ieder van ons die hij nu zal vermelden. Spreek deze misdadiger dus niet vrij vanwege uw woede op een ander.
[43] Maar hij zal zeggen dat hij informant is geweest en dat niemand anders u informatie zal willen verschaffen, als u hem straft. Maar hij heeft de beloning voor zijn informatie van u gekregen, door zijn eigen ziel te redden, nadat anderen door die informatie gestorven zijn. Dus van zijn redding bent u de oorzaak, maar van de huidige kwaden en gevaren voor hemzelf is hij het zelf, door de decreten en de amnestieregeling te overtreden, met het oog waarop hij informant geworden was. [44] U moet dus aan informanten geen vrijbrief geven om onrecht te bedrijven (want wat er gedaan is, is al genoeg), maar u moet overtreders straffen. En alle andere informanten die voor schandelijke zaken veroordeeld zijn en hun eigen schuld hebben bekend, weten in elk geval één ding, namelijk dat ze de slachtoffers van hun onrecht niet lastig moeten vallen, in het besef dat ze als Atheners met alle burgerrechten gelden, wanneer zij in het buitenland verblijven, maar wanneer zij thuis zijn, als slecht en goddeloos gelden bij de burgers die hun onrecht hebben moeten lijden. [45] Batrachos, bijvoorbeeld, de slechtste van hen allemaal, op hem na dan, was informant in de periode van de Dertig, en hoewel de verdragen en eden die voor de inwoners van Eleusis golden, ook voor hem golden, was hij bang voor de degenen onder u tegen wie hij onrecht begaan had en hij bleef in een andere stad wonen. Maar Andokides, die zelfs tegen de goden zelf onrecht heeft begaan, had minder ontzag voor hen, toen hij hun heiligdommen binnenging, dan Batrachos voor de mensen. En iemand die zowel slechter als hardleerser is dan Batrachos, moet dus wel heel tevreden zijn, als hij door u onbestraft blijft.
[46] Werkelijk, met het oog waarop dient u Andokides vrij te spreken? Omdat hij een goede soldaat is? Maar hij is nog nooit de stad uitgegaan voor de strijd, niet als ruiter en niet als hopliet, niet als triërarch en niet als marinier, niet vóór de nederlaag en niet na de nederlaag,[8] hoewel hij meer dan veertig jaar is. [47] Bovendien hebben anderen die in ballingschap zijn, wel samen met u in de Hellespont triremen geleid. Ga bij uzelf na door hoeveel gevaren en oorlog u zichzelf en de stad heeft heengeholpen, na veel lichamelijke inspanning te leveren, veel geld te spenderen, zowel private als publieke middelen, en na veel goede burgers te hebben begraven als gevolg van het oorlogsgebeuren. [48] En Andokides, zonder iets van die ervaringen te hebben meegemaakt […] tot redding van het vaderland, vindt zichzelf nu goed genoeg om deel uit te maken van de gemeenschap, hoewel hij er heiligschennis pleegt! En hoewel hij rijk is en veel bezit heeft en te gast is geweest bij koningen en tirannen — en hij zal zich daarop beroepen, want hij weet hoe u denkt — wat voor geldelijke bijdrage […] voor hem iets goeds zou worden. [49] En hoewel hij wist dat de stad in grote opschudding en groot gevaar verkeerde, had hij niet de moed, hoewel hij de eigenaar van een schip was, om zijn rug te rechten en het vaderland te helpen door graan aan te voeren. Inwoners uit het buitenland hielpen de stad wel, omwille van het feit dat zij hier wonen, en voerden wel graan aan, maar jij, Andokides, wat heb jij voor goeds gedaan, welke misdaden heb je weer goedgemaakt, wat heb je teruggegeven voor je opvoeding […]
[50] Atheners, herinner u de dingen die door Andokides gedaan zijn, en denk ook aan het feest waardoor u bij het merendeel der mensen zo hoog in aanzien staat.[9] U bent inmiddels zo platgeslagen door de wandaden van mijn tegenstander, doordat u ze al zo vaak gezien en gehoord hebt, dat u zelfs wat verschrikkelijk is, niet verschrikkelijk meer vindt. Maar houd uw aandacht erbij en haalt u de dingen voor ogen die hij deed, en u zult de zaak beter beoordelen. [51] Want hij trok een gewaad aan, deed de heilige handelingen na en liet ze zien aan mensen die niet ingewijd waren, en met zijn stem sprak hij de woorden die niet gezegd mogen worden, en degenen van de goden die wij als goden beschouwen en tot wie wij offeren en bidden, terwijl wij hen dienen en ons reinigen, die heeft hij stukgeslagen. In reactie daarop hebben de priesteressen en priesters staande naar het westen vervloekingen uitgesproken en met hun purperen gewaden gezwaaid, in overeenstemming met de aloude gewoonte van lang geleden. [52] En hij heeft bekend dat hij het gedaan heeft. En ook nog de wet overtredend die u hebt ingesteld, namelijk om hem van de heiligdommen uit te sluiten omdat hij een misdadiger is, heeft hij al die dingen geweld aangedaan en is hij onze stad binnengenaan, en bracht hij offers op altaren waar hij dat niet mocht, en bezocht hij de heiligdommen die hij onteerd had met zijn heiligschennis, hij ging het Eleusinion binnen en waste zijn handen in het heilige wasbekken. Wie moet zulke dingen tolereren? [53] Welke vriend, welk familielid, welke demegenoot heeft de plicht om hem in het verborgene een gunst te verlenen en als gevolg daarvan in alle openheid door de goden gehaat te worden? Wees er dus van overtuigd dat door Andokides te straffen en hem kwijt te raken, u de stad zuivert en van onreinheid ontdoet, een zondebok wegstuurt en een oorzaak voor goddelijke wraak kwijtraakt, want hij is er daar één van.
[54] En dan wil ik nu nog zeggen wat onze grootvader Diokles, de zoon van Zakoros de hiërofant,[10] aan u adviseerde toen u vergaderde over wat u moest doen met een man uit Megara de heiligschennis gepleegd had. Want toen anderen u verzochten om hem zonder proces meteen te doden, riep hij u op om een rechtzaak te houden omwille van de mensen, zodat anderen door het te horen en te zien, verstandiger zouden zijn, en omwille van de goden adviseerde hij dat iedereen pas vanaf huis naar de rechtbank zou gaan, nadat hij voor zichzelf bepaald had wat iemand die heiligschennis pleegt voor consequenties zou moeten ondervinden. [55] Ook u, mannen van Athene, moet zich niet over laten halen door hem, want u weet wat u moet doen. U hebt hem in handen die openlijk een heiligschenner is, u heeft zijn misdaden gehoord. Hij zal u smeken en bidden. Toon geen medelijden. Want niet mensen die terecht sterven, maar die onterecht sterven, zijn het waard om medelijden te krijgen.
[1] De hiërofant was de priester die leiding gaf aan de rituelen van de Eleusinische mysteriën. Het ambt was erfelijk en ging altijd over op iemand uit de familie van de Eumolpiden. De ontvanger bekleedde het ambt zijn hele leven en was dus een bekende religieuze autoriteit in de stad.
[2] Demeter en Persephone, de twee godinnen van de Eleusinische mysteriën.
[3] De archonten waren negen bestuurders die jaarlijks nieuw gekozen werden. De basileus was de archont die verantwoordelijk was voor religieuze zaken.
[4] De Eumolpiden waren een geslacht in Athene dat zijn afkomst terugvoerde op de mythische stamvader Eumolpos. De hiërofant kwam altijd uit deze familie. Ook bezaten zij het rechtsgezag over het feest van de Eleusinische Mysteriën.
[5] Een herme was een stenen paal met daarop het hoofd van Hermes. Deze hermen dienden om wegen, kruispunten en territoriale grenzen te markeren.
[6] De spreker wil hier waarschijnlijk wijzen op het feit dat Andokides de andere opvarenden in gevaar bracht door hen bloot te stellen aan de wrok van de goden over zijn eigen misdaden.
[7] De meeste rechtbanken bevonden zich op de agora. Omdat Andokides daar niet mocht komen, kon hij dus ook geen rechtzaken beginnen.
[8] De nederlaag van de Atheners in de zeeslag bij Aigospotamoi, in de Hellespont, die een einde maakte aan de Peloponnesische Oorlog.
[9] De spreker doelt op het feest van de Eleusinische Mysteriën.
[10] De hiërofant was de priester die leiding gaf aan de Eleusinische Mysteriën.