De koningin van de Amazonen ontvangt Herakles gastvrij in haar huis. Zij bewondert de dappere held zeer en zij houdt van hem. De koningin zegt tegen hem: “Waarom ben je hier gekomen, held?” Herakles zegt tegen haar: “Ik ben gekomen, omdat ik u bewonder, koningin, en uw gordel. Wilt u mij uw gordel geven?” Hippolyte houdt van de dappere held en gaat ermee akkoord om haar gordel voor hem los te maken.
Nu is de godin Hera heel boos op de koningin van de Amazonen. Gelijkend op een van de Amazonen gaat zij met verschrikkelijke woede naar het land van de Amazonen, en met arglistige bedoeling zegt zij tegen het volk van de Amazonen: “De vreemdelingen zijn slecht en onbetrouwbaar. Zij zijn een vreselijk en slecht werk van plan: zij hebben het namelijk gemunt op onze koningin en zijn van plan om haar te ontvoeren!”
Meteen stormen de Amazonen met wapens op het schip van de vreemdelingen af, samen met hun paarden, en vallen de vreemdelingen aan. Daardoor beschouwt Herakles de koningin als gemeen. Hij doodt haar dus en pakt de mooie gordel van haar af.
Na een hevige strijd vaart Herakles weg, samen met zijn kameraden, en hij brengt de gordel naar Mykene. Zo geeft hij hem aan Admete, de dochter van zijn meester.