(Grieks) (pdf)

[1] Ik zweer bij Apollo Arts, bij Asklepios, Hygeia, Panakeia en alle goden en godinnen, waarbij ik hen tot mijn rechters maak, dat ik mij naar mijn inzicht en vermogen aan deze eed en deze regel zal houden: dat ik degene die mij in deze kunst heeft onderwezen, gelijk aan mijn ouders zal beschouwen, dat ik in gemeenschap met hem zal leven en dat ik zal bijdragen aan wat hij nodig heeft, wanneer hij daarom vraagt, dat ik zijn nageslacht gelijk aan mijn broers zal beschouwen en dat ik hen in deze kunst zal onderwijzen, wanneer zij vragen haar te leren, zonder loon of contract, en dat ik instructie, voorlezing en elke andere vorm van onderricht zal geven aan mijn eigen zoons en aan die van hem die mij onderwezen heeft, en aan leerlingen die de artsenwet onder ede hebben onderschreven, maar aan niemand anders.

[2] Ik zal naar mijn inzicht en vermogen kuren inzetten tot hulp van hen die lijden, maar ik zal wegblijven van wat schadelijk en onrechtmatig is. [3] Ik zal aan niemand een dodelijk middel geven, als ik er om gevraagd word, en ook zal ik geen advies van die aard geven. Evenmin zal ik aan een vrouw een afdrijvingsmiddel geven. [4] Onbevlekt en heilig zal ik mijn leven en mijn kunst bewaren. [5] Ik zal niet snijden, ook niet bij wie aan nierstenen lijdt, maar zal dat overlaten aan de mannen die dit handwerk beoefenen.

[6] In alle huizen waar ik binnenga, zal ik binnengaan tot hulp van hen die lijden en ik zal me ver houden van elk opzettelijk onrecht of wangedrag, waaronder ook seksuele handelingen met de lichamen van vrouwen en mannen, van vrije mensen en van slaven. [7] Wat ik tijdens een behandeling, of ook daarbuiten, zie of hoor dat het leven van mensen betreft en waarvan het niet nodig is dat er buiten ooit over gepraat wordt, daarover zal ik zwijgen, in de overtuiging dan men over zulke zaken niet dient te spreken.

[8] Als ik mij aan deze eed houd en hem niet verbreek, moge het dan mijn deel zijn om voorspoed te vinden in mijn leven en mijn kunst, door alle mensen voor altijd in ere gehouden, maar als ik hem overtreed en eedbreuk pleeg, moge mij dan het tegenovergestelde gebeuren.